Alles blijft anders
  • Home
  • Blog
  • Boek in wording
  • #Oudersvoorgoedezorg

En-en

10/17/2018

0 Reacties

 
Foto
Lieve Merel,

‘Volwaardig leven’ – eindelijk geeft het Ministerie van VWS gehoor aan de noodroep om verbeteringen in de gehandicaptenzorg. De aftrap van het overheids-programma gaat gepaard met veel publiciteit, op internet, in journaals en in talkshows. Deze keer vertellen ook ‘brussen’ (mensen met een gehandicapte broer of zus) waarom dit programma zo nodig is. De vele doktersbezoeken en ziekenhuisopnames, het continue gevecht met de instanties maken het leven van hun ouders tot een tropenleven[1]. Dat gaat ten koste van veel, óók van de echte aandacht voor hen. ‘Brus’ zijn is lang niet altijd leuk.
 
Op social media krijgen de mensen die zich voor een miljoenenpubliek zo kwetsbaar durven op te stellen veel lof, maar ook veel naar hun hoofd geslingerd. Kennelijk bestaat er een diepgewortelde angst om zelf in een hokje gestopt te worden en daarom de behoefte om iedere ‘lotgenoot’ die een boodschap uitdraagt die afwijkt  van de jouwe, neer te sabelen. Ik word er verdrietig van. Moet dat nou? Mag er nu echt geen aandacht gevraagd worden voor de zwarte kant van het zorgengezin? Zonder die aandacht toch geen verbetering? Zoals er tegelijk ook aandacht mag zijn voor de lach die zeker ook in onze gezinnen klinkt?

Als zorgouders proberen wij de brus in ons gezin op te voeden met ‘en-en’. Ze mag blij zijn om de diepe verbondenheid en het plezier dat ze ervaart met haar broer én verdrietig om het speelkameraadje dat ze in hem mist. Net zoals ze onvoorwaardelijk mag houden van haar biologische ouders, die onverbrekelijk met haar verbonden zijn, én van ons. De wereld bestaat uit verschillende werelddelen, die we allemaal aan mogen doen. Het item op het Jeugdjournaal was voor ons een welkome aanleiding om hierover met haar, op haar niveau, een gesprekje aan te gaan.


Dat brengt me bij jou, mijn vriendin die zo van schrijven houdt en toevallig ook brus is. Mijn spiegel en doorkijkraam inéén. Hoe keek jij naar het jeugdjournaal, en naar RTL Late night? Wat deed het met jou? Wat had jij aan ondersteuning gewild, van toen tot nu, en wat wil je de komende jaren? En hoe wil jij bejegend worden en hoe vooral ook niet?


[1] ‘Geen tropenjaren, maar een tropenleven’, citaat ontleend aan die ik dankbaar leen van Jorien Luijkx van de Rijksuniversiteit Groningen in Trouw van 27-9-2018).



0 Reacties

Gruwelijk eng

10/13/2017

0 Reacties

 
Foto
‘Ik kan niet meer wachten!’ Ruim voordat de wekker gaat, springt ze op ons bed. Opgewonden over het grootse wat komen gaat: verkleed en geschminkt naar school. Haar Spaanse danseressenjurk en goochelaarscape hangen al netjes klaar, haar nagels zijn gelakt en papa zal ervoor zorgen dat haar zonnige gezicht lieflijk wordt omgetoverd in ‘Duicula’. Ons meisje dat zo graag aan de norm voldoet dat ze nooit stelling durft te nemen, weet voor een keer heel goed wat ze wil: niet zoals iedereen in een heksenjurk maar in een zelfbedachte Halloweenstijl. Glimlachend draai ik me nog eens om.

Twee uur later verft Coen vakkundig nog twee scherpe tandjes en wat extra druppels bloed bij haar mondhoek. Met een juichend ‘Zo, ik ben écht gruwelijk eng!’ werpt ze een laatste blik in de spiegel, poseert voor de foto en rent naar de voordeur. ‘Da-haag! En Jens, je krijgt geen kus want dan gaat mijn lippenstift eraf. Succes straks hè, bij de tandarts!’

Vorige zomer werden we verrast met een van de vele kul-cadeautjes die een meervoudig complex gehandicapt leven in petto heeft. Een wit puntje prikte middenin Jens’ gehemelte. Een in allerijl ingepland extra bezoek aan de bijzondere tandarts leerde ons dat het een extra tand betrof. Even bracht dat een paar dokters in staat van opwinding, maar ook deze mogelijke sleutel tot het decoderen van Jens’ handicaps bleek niet te passen. En de tand, die moest eerst maar wat verder doorkomen.

Vandaag gaat hij er dan eindelijk uit. Jens krijgt een grote gebitsbeurt onder narcose: naast de extra tand worden er een paar kiezen getrokken om plaats te maken voor de andere in zijn te krappe kaken en zijn steeds gehavender gebit wordt grondig gereinigd en geseald. Routineus pakken we zijn spullen en leggen het vertrouwde traject af.  De check-in met de anesthesist, de voorbespreking met de tandarts, het kapje, de traag wegtikkende minuten. Bij het ‘sein veilig’ snellen we naar ons oudste kind en zien hoe hij onrustig overeind probeert te komen, intens bleek, met half gesloten, rode ogen. Jammerend  wrijft hij over zijn hoofd. Terwijl ik het bloed, dat met alle kwijl lustig blijft stromen, probeer weg te vegen, verplaatst Coen hem naar zijn rolstoel. Maar ook daar vindt hij niet wat hij zoekt. Even vallen het ziekenhuiskind en de moeder in mij samen en ik zeg: ‘Jens, je wilt bij papa op schoot hè!’ Een ferme ja-knik levert hem de veiligheid van zijn vaders armen op, waar hij langzaam ontspant. We mogen gaan.

Bij de voordeur wacht zijn zusje hem op. Verontrust pakt ze hem bij zijn handen. ‘Jens, er loopt bloed uit je mond!’ Geen idee of hij ziet hoe solidair ze vandaag met hem is – alleen de lippenstift is verdwenen. Maar het voelen, dat doet hij zeker wel.



0 Reacties

Instellingen: sta voor mensen met een ernstige meervoudige beperking

7/13/2017

2 Reacties

 
Foto
Lichtvoetig dartelt ze om me heen. Reikt de föhn aan, grijpt mijn lipstick –‘Toe, mag ik ook?’-, rent van badkamer naar voordeur en weer terug en zegt: ‘Ze zijn er al hoor! Er staat een bus met strepen en iets ronds op het dak. Maar ik heb de bel nog niet gehoord. Moet je niet nog even oefenen?’

Nauwelijks een uur daarvoor ging de telefoon. L1 Nieuws wil een reportage maken naar aanleiding van de brandbrief die VGN (Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland) naar de staatssecretaris van VWS en de Tweede Kamer stuurde.  De hele dag  belden ze vergeefs alle Limburgse instellingen af. Niemand blijkt bereid de smeekbede van hun branche om extra financiële middelen,  zodat ze meer dan karige zorg aan mensen met een ernstige meervoudige beperking kunnen bieden, te onderstrepen of illustreren. Of ík misschien een mening heb en die wil verwoorden?

Ongeloof overstemt mijn aanvankelijke vreugde over de brief van VGN. Eíndelijk heeft de gehandicaptensector besloten de vuile was niet langer binnen te houden, maar op te komen voor hun cliënten en personeel. Eindelijk strijden wij ouders niet meer alleen voor de levenskwaliteit van onze kinderen. Eindelijk wordt hardop gezegd dat buiten komen, bewegen, communiceren en ontwikkelen basale menselijke behoeften zijn.  EINDELIJK. Maar niet in Limburg … Dat kan ik niet langs me heen laten gaan. Dus overwin ik mijn cameravrees en schuif de behoefte aan een relatief rustige middag opzij.

Langzaam aanzwellende hoge keelklanken kondigen Jens’ thuiskomst aan. Voor oefenen blijkt geen tijd meer. Snel kalefateren we hem op met zijn The Voice t-shirt –hoe symbolisch- en wat wax in zijn stoere kuif. IJlings gooien we rondslingerende troep in kasten en terwijl de deurbel onze pogingen tot controle schril doorbreekt, hoor ik Coen mompelen: ‘Kom ik wéér ongeschoren en in mijn oude kloffie op tv’.

De journalist en cameraman verkennen de situatie en bepalen waar en hoe de opnames zullen plaatsvinden. Nadrukkelijk vraag ik hen om Almaz buiten beeld te houden. Juist omdat ik in mijn boek en blogs naar mijn gevoel zo op het randje van haar (latere) grenzen ben gaan zitten, bewaak ik haar privacy angstvallig. Tot haar eigen verdriet mag ze niet herkenbaar in de media. Geduldig leg ik haar opnieuw uit dat dat is omdat op internet niets verloren gaat en ik niet weet of ze, als ze groot is, blij zal zijn met deze beelden. Dat ze later mag doen wat ze wil maar dat wij nu voor haar beslissen. 

Take one blijkt meteen goed genoeg en Jens speelt een glansrol met draaiend deksel en spinner. Drie kwartier voor de uitzending vertrekken de mannen naar de bus, nog even over hun schouder roepend: ‘Oh ja, uw dochter tijgerde steeds achter u in en uit beeld en wierp steelse blikken in de camera. Maar dat knippen we er wel uit in de montage’.  De onschuld zelve blaast ze een grote kauwgombel. Hoe ingewikkeld, een mama die steeds maar praat over de zorg voor en over haar grote broer, die wel als een echte beroemdheid op televisie mag. En zíj dan? Waarom duurt groot worden zo lang? Door met haar in een bus met strepen en iets ronds op het dak, vol schermen en knopjes te kijken naar het uiteindelijke resultaat, maak ik het een beetje goed.

Mijn oproep aan de (Limburgse) instellingswereld om hun verantwoordelijkheid te nemen, blijkt met de pop-ups van onze dochter in de digitale afvalbak te zijn verdwenen. En daarom doe ik hem hier, alsnog:

Sta voor de mensen aan wie jullie je bestaansrecht ontlenen. Open je ramen en deuren, laat zien waar het schrijnt. Klop op Haagse poorten, beuk ze desnoods in. Neem niet langer genoegen met zorg die nauwelijks basaal genoemd kan worden. Niet buiten komen, niet communiceren, niet stimuleren en nachtzorg op afstand: zelfs huisdieren is dat te min. Kom op voor kwaliteit van leven en vraag, nee EIS, wat daarvoor nodig is. De juiste financiële middelen, voldoende en goed opgeleid personeel. Zet de veranderingen zélf in. Doe het, voor de kwetsbare mensen waar je ooit je hart aan verbond. En voor hun oneindig strijdbare, doodvermoeide ouders én hun broertjes en zusjes, zodat zij in evenwicht kunnen opgroeien en, als ze later groot zijn, hun eigen keuzes kunnen maken.   



Link naar het L1 Nieuws item met een glansrol voor Jens





2 Reacties

Kisses & dancin’

7/11/2017

4 Reacties

 
Foto
‘Ik begrijp gewoon  niet hoe dit kind onder de selectieradar heeft kunnen blijven!’ We zijn wat te vroeg en ik maak kennis met de lerares  van de talentgroep van de regionale jazzdance club. Tijdens de demonstratieavond, ruim een maand geleden, is Almaz ‘gespot’. Tussen de groten danste ze de slotact met haar hele zijn: ritmisch, met vloeiende bewegingen, nog meer flair en een aanstekelijk enthousiasme. Ze werd uitgenodigd deel te nemen aan het auditietraject en na enig aarzelen –mag ze alsjeblieft nog even kind zijn?-  legden we haar de keuze voor. En ze wilde, graag zelfs. Tot nu toe pakt ze het goed op en het zou ons dan ook niet verbazen als we de komende jaren veel tijd gaan doorbrengen op houten publieke tribunes in grote sporthallen – stiekem zoveel beter dan in alle vroegte in weer en wind langs de lijn. ‘Ja, dat lijkt me nogal logisch, antwoord ik, een beetje beschaamd. Wij dachten dat het onze misplaatste ouderlijke trots was. Daarna waren we bang dat we het logistiek niet geregeld zouden krijgen, maar vonden opvang voor Almaz’ gehandicapte broer op maandagmiddag. Wat zijn we blij dat ze hier is.’
 
Een week later. De pgb’er meldt zich ziek, en ik haast-me-rep-me naar de dagbesteding (auto in), naar huis (auto uit, wandelwagen in), naar het schoolplein, naar huis (wandelwagen uit, stoel in), drinken, naar de gymzaal (stoel uit, auto in). Voor het eerst geef ik Almaz een kus vlak voor het voetpad dat naar de gymzaal leidt en duw gedachten over kinderlokkers en ander ongedierte weg. Nadrukkelijk vraag ik haar of ze wil dat ik aan het einde van haar les samen met Jens naar binnen kom en nog even meekijk, of dat we op dezelfde plek op haar wachten. Ze aarzelt geen moment: ‘Kijken, natuurlijk!’ Naar huis (auto uit, stoel in), sondevoeding (stoel uit, auto in, auto uit, buggy in), naar de gymzaal. De vrolijke noten van Kisses & dancin’ komen ons al tegemoet. Jens en ik vinden een plekje buiten de lijnen en nog voor we stil staan klapt hij verrukt mee en draait zijn hoofd heen en weer. Een snelle zwaai van zijn zus en dan direct weer haar opperste concentratie. Ongelofelijk hoe snel deze kinderen nieuwe pasjes oppikken, onthouden, en ook zonder afkijken weten te timen. Ongelofelijk hoe krachtig mooi ons meisje danst. Is.
 
Zo ook haar begroeting, na afloop van de les. ‘Jéns, jij vond het leuk he! Had je me gezien? De chassé, en die nieuwe draai, opzij?’ Ook ik krijg een gehaaste knuffel, waarna ze haar waterflesje pakt en de kleedkamer inloopt, op zoek naar haar sandalen.  Zodra wij haar, in haar kielzog, volgen, verandert er iets in de atmosfeer. Even is het ongrijpbaar, dan dringt tot me door hoe een plotselinge stilte de muffe zweetgeur verdringt. Bewegingen stokken – blote voeten blijven zweven in de lucht, armen verstrikken in de zoektocht naar een mouw. Ogen sperren,  wijd. Monden vallen open, wijd. Een houten bank vol halfontblote kinderen die niet anders kunnen dan ongegeneerd gadeslaan. Langzaam zoek ik mijn weg langs de verstarde rij naar buiten, het gestaar zoveel mogelijk negerend, net zoals de stroboscopische flitsen in mijn hoofd waarin verleden en heden samenballen. Verbeten richt ik me op de gedachte die óók weerlicht: op het schoolplein gebeurt dit niet. Daar kennen ze Jens, daar kennen ze ons. Daar zijn we gewoon wie we zijn.
 
Sierlijk huppelt Almaz voor ons uit, het voetpad op, naar de parkeerplaats (buggy uit, auto in). ‘De dansjuf was er nog niet, mama, de poort was dicht! Ik was helemaal alleen. Gelukkig kwam er snel een ander kindje.’ Ze ziet het niet, nog niet! Een zucht verlicht mijn verkramping. Maar - voor hoe lang nog?  Besmuikt blik ik in de achteruitkijkspiegel, van broer naar zus, trap de koppeling in, richt me op vooruit. Wat gun ik Almaz haar onbevangenheid. De puurheid van de band met haar broer, met een stevige schil daaromheen. Maar bovenal: wat gun ik haar blijvende trots. Trots op haar hele zijn: op haar afkomst én op het pad dat ze aflegt. Op wie ze is en op wie ze zijn zal.
 
Samen met haar broer en los van hem.



4 Reacties

Tobii: vlinders in mijn buik

6/7/2017

5 Reacties

 
Foto
Gericht gaan zijn ogen over het scherm - naar papa linksonder, naar mama rechtsboven, naar oma rechtsonder, naar opa rechts van het midden, naar Almaz, links. Zodra een foto zijn blik vangt, wordt die weggevaagd met een taart en een luide knal. Gierend werkt hij ons een voor een af. Even legt hij zijn hoofd op tafel,  om vervolgens contact met zijn publiek te zoeken. Zien jullie wat ik kan? En hup, dóór gaat hij, met de volgende taart. 
 
Zes weken hebben we de Tobii, een oogbesturingscomputer, keizer onder de communicatiehulpmiddelen, op proef. Zes weken om te bewijzen dat Jens' dwalende ogen kunnen wat een eerder geraadpleegde communicatie-expert voor onmogelijk hield. Zes weken om te laten zien dat dit wél het meest geijkte hulpmiddel voor Jens is, simpelweg omdat hij er niet twee (visus en handmotoriek) maar 'slechts' één handicap voor hoeft te overwinnen. Wat lijkt dat eng kort. Zes weken maar om zich te kwalificeren voor een apparaat dat zijn leven danig kan veranderen. Het kan hem immers helpen zich kenbaar te maken. Aangeven wat hij wel en niet wil, en in overtreffende trap: hoe hij zich voelt. Zodat hij invloed op zijn omgeving kan krijgen, nu maar zeker ook straks, als wij er niet meer zijn. 
 
Drie weken eerder 
'Hij zal echt wel wat meer moeten laten zien dan het spelen van spelletjes', merkt de leverancier op bij de start van de proef. Hij moet duidelijke keuzes maken in het communicatieprogramma, uit minimaal zes opties en daarna direct een vervolgkeuze uit weer zes opties'. Tsjonge, dat is nogal wat voor een kind dat niet leerbaar wordt geacht. Bij het calibreren van het apparaat zien we Jens' ogen alle kanten op vliegen. Rechtsonder neemt hij sowieso niet waar. Ik temper mijn verwachting, demp mijn hoop. Bereid me voor op weer een sof.
 
'Concentreer je toch maar op die spelletjes, dan gaat hij zijn macht ontdekken, het leuk vinden. De rest komt daarna', zo spreekt een mede-zorgmoeder me bemoedigend toe. Maar hoe dan? Fruitschieten, schetenlaten, taartengooien, Jens vindt er niets aan. En de videofilmpjes houdt hij ook gauw voor gezien. Totdat ... Coen de videowall vult met muziekclips. Een aantal nieuwe, meer leeftijdsadequate relatief onbekende, en een oud vertrouwd K3-nummer. Rechtsonder, welteverstaan. Al in de eerste oefensessie ontdekt Jens dat hij naar het juiste vakje moet blijven kijken om zijn favoriete muziek te horen en bijbehorende dansjes te zien. Elke volgende sessie lukt het hem beter en langer. 
 
Zes weken later 
Zodra we de Tobii aanzetten, verschijnt er een vette lach op Jens' gezicht. Met glimmende ogen kijkt hij om zich heen, alsof hij inventariseert met wie hij zometeen communiceren kan. In het communicatieprogramma kiest hij direct voor 'samen spelen'. Bám, door naar de foto van zijn leukste speelmaatje, zijn zusje. De volgende keuze: de stapelbekers. Geduldig bouwt ze een toren voor hem. Hij gooit hem om, kijkt opzij, legt zijn arm houterig om haar schouder, vlijt zijn hoofd ertegenaan: Ik vind je lief.
 
We brengen hem terug naar de Tobii. Hij kijkt schuin achter zich, naar mij, dan in een schokkerige beweging naar het beeldscherm. Zijn ogen raken 'zingen', dat kan geen toeval zijn. Natuurlijk doe ik dat - en nog een keer: 'Toby, Toby, ik krijg vlinders in mijn buik. Het is alsof ik in een bad vol liefde duik.' 
 
In zes weken is Jens' kijkvaardigheid meetbaar verbeterd. Hij kijkt gerichter en langer, maakt duidelijk keuzes en heeft zichtbaar plezier in het effect daarvan. Sterker nog, ook als hij niet achter de Tobii zit is hij opener en interactiever. De korte dagelijkse oefensessies lijken zijn sluimerende zelfbewustzijn te hebben ontwaakt. Soms verdenken we hem zelfs van een soort van flirten. Die schalkse blik, pretlichtjes in zijn ogen, die grijns vol scheve tanden: hoe aanbiddelijk kan onze zoon zijn. 
 
'Ik heb genoeg gezien en gehoord', concludeert de leverancier. Kordaat haalt ze de Tobii van zijn statief, stopt hem in de transportkoffer en rijdt hem naar buiten. Daar gaat Jens' nieuwe stem - maar hopelijk niet voor lang. De vette aanbevelingsbrief van de logopedist moet de zorgverzekeraar ertoe bewegen Jens zelf zo'n keizerlijk apparaat te geven. 
 
'Ik ga zweven door de zon en door de bloemen die ik ruik 
Toby Toby, ik voel vlinders in mijn buik.'
 


5 Reacties

IJstaart

5/22/2017

2 Reacties

 
Foto
Een verjaardagsfeestje bij een verse vriendin, op zaterdag aan het eind van de middag voor het hele gezin. Vanzelfsprekend gaan Jens en Coen niet mee. Omdat in ons parallelle universum verjaardagsfeestjes een rariteit zijn, besluit  ik Almaz deze ervaring te gunnen. Ze zal het spannend  vinden, eng zelfs. Vreemde grote mensen en allemaal kinderen die ze nog niet kent. Maar ze zal weldra ontdooien en ontdekken dat ze ook hier snel vriendjes maken kan.

Onwennig scheur ik het meegebrachte Turkse brood in hompen en zoek een plekje voor de tapenade. Wat een goed idee, zo’n bring it yourself tapas-feestje. Zo zou ik zelfs een verjaardag kunnen organiseren. Schuchter stel ik me her en der voor, vang flarden op van gesprekken en stel een al dan niet passende vraag. In onbekende omgeving was ik altijd al een muurbloempje, en sinds mijn leven als zorgmoeder blijkt mijn knoestige stengel nog sterker verklinkerd dan voorheen.  Maar met een bord lekkere hapjes is er geen noodzaak tot praten en lukt het even alleen te luisteren. Naar gesprekken over vakanties (bestemmingen die ook ik heb bezocht),  lesmethoden op de basisschool  (met mijn groepje 3’er heb ik daarover zeer zeker een mening) en carrièreswitches (niemand hoeft te weten dat teveel tristesse tegelijk mij nu even van mijn werk weghoudt). 

Het bord is leeg en de vraag valt of ik meer kinderen heb. Daarop is natuurlijk maar één antwoord mogelijk. “Ja, een zoon, één dag ouder dan J.", de  zoon des huizes. Ik voeg eraan toe dat hij meervoudig complex gehandicapt is, om vragen over school en sport voor te zijn. Tevreden stel ik vast dat ik, nu, bij deze vergelijking, weinig voel. De ene J. en de andere – dat is een wereld van verschil. Een leven van verschil. En dat is. Niets meer en niets minder.

Intussen heeft Almaz, na een bedeesd begin, haar weg gevonden. Joelend rent ze met de andere kinderen op het trapveldje even verderop. Wat maakt het uit dat het allemaal jongens zijn en zij eigenlijk trots haar feestjurk en nieuwe kapsel wilde showen – ze is van alle markten thuis en rennen, dat is altijd leuk. Bezweet meldt ze zich af en toe voor een lekkere tapas en uiteindelijk  voor het summum: de ijstaart. Op verzoek van J. treffen ze samen de laatste voorbereidingen. Toefjes crème uit een puntzak, flamberen – met het puntje van haar tong tussen haar lippen toont ze haar mogelijke kandidatuur voor de Cupcake cup. Twee trotse moeders fotograferen de samenwerking tussen hun kinderen. En daar, vanachter de lens, overvalt het me, toch.

Zó had het kunnen zijn. Almaz samen met haar grote broer. Almaz als jongste niet noodgedwongen in de rol van de oudste: de aanbedene, verzorgende, stimulerende, maar als jóngste. Beschermd, aangemoedigd, geprezen, in volle interactie.  Zó had het moeten zijn. Niet achter, maar voor de lens.

Ik knipper met mijn ogen en berg samen met het onbestemde gevoel mijn toestel weg. Prijs mijn dochter en de zoon van mijn vriendin, die zo leuk en vanzelfsprekend met een zoveel jonger kind optrekt. Zonder gêne neem ik een tweede stuk ijstaart.

Hij is verrukkelijk. En ik kan dit.  
  

2 Reacties

Wensouder

11/8/2016

3 Reacties

 
Foto
De hele dag al kijkt ze de klok vooruit en stelt vragen als 'Hoe lang is een uur?' Ze noemt de bedtijden van haar vriendinnetjes, die vanavond vast niet zo lang mogen opblijven als zij. 'Tot negen uur, sjonge dát is laat!' 
 
Gehuld in haar lievelingspyama -van Frozen, natuurlijk- zit ze bijtijds klaar op de bank, een schaaltje met lekkers binnen handbereik. Met een kriebel in mijn buik zit ik naast haar, hier minstens zo naar uitkijkend als zij. Al bij de eerste tonen schiet ik vol. 'Een kind onder de evenaar wordt later vaak een bedelaar': 6 jaar was ik toen de eerste Kinderen voor Kinderen lp werd gelanceerd. Nu zit ik hier op de traditionele eerste zaterdagavond van november, met mijn eigen 6-jarige naast mij, lekker tegen me aan gekruld. 
 
Ja, ik ben een wensouder, denk ik. Nooit wenste ik me iets vuriger toe dan nog een kind. Dit kind. Ons kind. Zó geliefd, zo gewenst.
 
Deze week voelde ik me vies. Besmeurd. Adoptie beheerste het nieuws: de Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming bracht een rapport uit met als belangrijkste aanbeveling adoptie van kinderen uit het buitenland per direct af te schaffen. Met terugwerkende kracht ben ik schuldig verklaard: ik heb mijn belang voor het hare laten gaan. Ze had daar moeten blijven, in erbarmelijke omstandigheden. Liever in eigen land, dan geliefd. Liever dood, dan levend. 
 
Het rapport van de RSJ is broddelwerk. Het gaat eraan voorbij dat het Haags Adoptieverdrag opvang in eigen land al als uitgangspunt neemt. Alleen als dat niet kan, komen kwetsbare kinderen in aanmerking voor adoptie naar het buitenland. Opgroeien in een gezin is immers wetenschappelijk bewezen vele malen beter dan in een tehuis. Daarnaast ziet men over het hoofd dat stoppen met adoptie naar Nederland geen enkel probleem oplost: andere landen staan in de rij om de kinderen op te nemen. Als Nederland hebben we meer impact door te blijven meedoen en een voortrekkersrol te vervullen in het nog verder verbeteren en sluitend krijgen van het systeem. Want natuurlijk moet kinderhandel worden voorkomen.
 
Al tijdens het eerste nummer ruilt ze de bank in voor de dansvloer. Met haar neus in de beeldbuis klinkt een diepe zucht bij moeilijke pasjes. De makkelijke doe ik wat graag met haar mee. Weg schud ik de verwarrende gedachten. Natuurlijk heeft adoptie ook een donkere kant, een gitzwarte zelfs. Maar het is zoveel meer dan dat. 
 
Verzaligd ploft ze bij de aftiteling neer op de bank. 'Het is midden in de nacht nu, en alle kinderen liggen in bed. Maar ik niet! Wel bijna nu, toch? En jullie ook? Morgen wil ik weer kijken, maar dan mét Jens.'
 
De enige die mag oordelen is zij. 



3 Reacties

Flink

7/19/2016

0 Reacties

 
Foto
Eindelijk breekt ook voor het zuiden van het land de laatste week van het schooljaar aan. Voor de kleuters een voortzetting van de onafgebroken reeks festiviteiten die reeds na de meivakantie zijn ingezet. ‘We gaan met waterballonnen spelen mama, én we krijgen een ijsje van de juffen in de speeltuin. En oh ja, we gaan ook naar de musical van groep 8!’

Op weg naar Jens’ dagbesteding spot ik haar in mijn achteruitkijkspiegel. Uitgelaten huppelend te midden van een kleurige sliert kleuters,  op weg naar de locatie van de bovenbouw. Ik probeer het toenemende  zware gevoel te onderdrukken en zing zacht de regels van mijn solo van weleer: ‘Ik wik en ik weeg, ik plus en ik min. Ik deel een ster uit, en neem er een in’.  Geen idee of ik toon hield, destijds, en of de slapeloze nachten en buikpijn vooraf het waard waren. Nu kijk ik er in ieder geval op terug als een hoogtepunt in mijn kinderleven. Het zoveelste hoogtepunt dat niet voor Jens is weggelegd.

Er is geen ontkomen aan. Op Facebook, in de gangen van kantoor, in de supermarkt, op het schoolplein: overal hoor ik van de onverholen trots en stiekeme tranen bij de afsluiting van de basisschool. De stinkende was na het kamp en de lange uitslaapsessies die nodig zijn om te herstellen. De kennismaking op de middelbare school, de onzekerheid over een rooster met steeds andere leraren en een klas vol nieuwe leerlingen. Op de fiets word ik ingehaald door een 12-jarig meisje van even verderop uit de straat: helemaal alleen. En ik hoor hoe onze overbuurjongen, die een klas heeft overgeslagen, zonder overleg met zijn ouders een kaartje heeft gekocht voor zijn eerste echte schoolfeest. Want dat mag hij natuurlijk niet missen.

Het is niet te bevatten waar Jens had kunnen staan.  Waar wij hadden kunnen staan. Toen niet, nu niet, nooit niet. Het blijft ook niet te bevatten waar we wél staan: bij de antimijlpaal van zijn 12e verjaardag. Voor hem verandert er, behalve zijn nu snel groeiende lijf, niets.

Vandaag mag het zware gevoel het even winnen. Krijgt het verlies dat zich onherroepelijk ook nu weer aan me opdringt, de aandacht die het verdient. Almaz had, na de generale repetitie, samen met ons naar de musical van haar grote broer moeten gaan. Wat zou hij verlegen zijn geweest, en wij trots. Wat zou het vanzelfsprekend zijn geweest, die zoveelste mijlpaal. En spannend, die poort naar snel toenemende onafhankelijkheid.

Onthutst besef ik dat deze droom hoe dan ook nooit was uitgekomen. Met een gezonde Jens was Almaz niet onze dochter geweest. Ik moet er niet aan dénken. En toch zou ik minstens tien jaar van mijn leven geven voor een gezonde Jens.

Toch.

Mijn leven blijft flink plussen en minnen.  



0 Reacties

Zo zoet

3/29/2016

2 Reacties

 
Foto
Halverwege haar verhaal, vol saillante details over de logeerpartij bij opa en oma, kijkt ze op. Haar broer staat in de deuropening, nog na-kleumend van de kou, leunend op zijn vader. Vier passen en ze is bij hem. Ze werpt zich om zijn nek: “Gelukkig, daar ben je weer!” Verbaasd kijkt hij langs haar heen, omhoog - omlaag - opzij. Dan legt hij zijn wang tegen de hare. Lachend veegt ze de kwijlsliert van haar gezicht en doet een paar stappen achteruit.
 
Zijn vader zet hem op de grond en ritst zijn jas open. Even schudden met zijn schouders en hij is uit. In een vloeiende beweging kruipt hij naar zijn zusje. Hij richt zich op, strekt zijn bovenbenen en tast met zijn linkerhand naar haar elleboog. Ze zet zich schrap, biedt hem zijn steun en kijkt. Kíjkt - ademloos. Voorzichtig vleit hij zijn hoofd tegen haar schouder. Zo zoet, zo zacht.
 
"Het doet geen pijn hoor, mama. Jens knijpt niet. Nou ja, een beetje maar. En kijk eens wat hij doet! Hij heeft mij óók gemist!" 
 
Snel sla ik mijn armen om beiden heen, zodat Jens zijn greep kan doen verslappen. Dromerig knuffelt hij verder. Ook Almaz geeft zich over, stilletjes, met een glimlach van oor tot oor.
 
Ze zijn weer thuis. 



2 Reacties

Tellen

3/15/2016

1 Reactie

 
Foto
"Mama, hoeveel kinderen wil jij?"
 
Wát een vraag, op de paasafdeling van de Hema. Ik aarzel. Zal ik eerlijk zijn? In gedachten bereid ik me voor op een Pedagogisch Gesprek: niet alles wat je wilt, kan.
 
“Ik wil graag drie kinderen.”
 
Theatraal werpt ze haar hoofd in haar nek. "Drie? Nee gekkie. Jij wilt twee kinderen. Jij wilt mij en Jens. IK wil drie kinderen. Twee uit mijn buik en één uit Ethiopië. En ze zijn allemaal bruin. En één is een tweeling."
 
Lekkerbekkend kijkt ze van een chocolade paashaas naar mij en weer terug. Ze zucht.
 
"Mama jij kunt echt niet tellen zeg!"



1 Reactie
<<Vorige
    E-mail nieuwsbrief:
    Geen blog meer missen? Meld je dan nu aan!

    Archief

    Februari 2019
    Oktober 2018
    September 2018
    Juni 2018
    December 2017
    November 2017
    Oktober 2017
    September 2017
    Juli 2017
    Juni 2017
    Mei 2017
    Februari 2017
    Januari 2017
    November 2016
    Oktober 2016
    September 2016
    Augustus 2016
    Juli 2016
    Juni 2016
    Mei 2016
    April 2016
    Maart 2016
    Februari 2016
    Januari 2016
    December 2015
    November 2015
    Oktober 2015
    September 2015
    Augustus 2015
    Juli 2015
    Juni 2015
    Mei 2015
    April 2015
    Maart 2015
    Februari 2015
    Januari 2015
    December 2014
    November 2014
    Oktober 2014
    September 2014
    Juli 2014
    Juni 2014
    Mei 2014
    April 2014
    Maart 2014
    Februari 2014
    Januari 2014
    December 2013
    November 2013
    Oktober 2013
    September 2013
    Augustus 2013
    Juli 2013
    Juni 2013

    RSS-feed

    Enter your email address:

    Delivered by FeedBurner

    Zoek op trefwoord:

    Alles
    Adoptie
    Balans
    Begrip
    Bezuinigingen
    Bloggen
    Brusje
    Communicatie
    Eigenregie
    Eigen Regie
    'feel Good'
    In De Media
    Instanties
    Medisch
    Meerv Gehandicapt
    Ontwikkeling
    #oudersvoorgoedezorg
    Politiek
    Verwerking
    Zorgouders

Powered by Create your own unique website with customizable templates.