Alles blijft anders
  • Home
  • Blog
  • Boek in wording
  • #Oudersvoorgoedezorg

Lijn in de tijd

10/1/2014

3 Reacties

 
Foto
Een speeltuin even buiten de bebouwde kom van een Brabants dorp. Mijn vader zit bovenop een groot luchtkussen, met Jens op schoot. Almaz springt vrolijk om hen heen, samen met haar vriendje-voor-even. Jens schaterlacht en ik zie vanaf mijn plekje in de schaduw op het terras hoe mijn moeder, onderaan het kussen, liefdevol haar blikken tussen haar kleinkinderen verdeelt.

Bijna vier jaar geleden waren we hier ook. In euforische stemming – uiteenspattend van geluk. De dag ervoor kregen we hét telefoontje. Na de vele tegenslagen durfden we nauwelijks nog te dromen. Maar het kwam toch. In een klap was alles anders en nieuw.  Na een doorwaakte nacht waarin we 1000 x onze hoofden omhoog tilden om even naar de foto van ons meisje te kijken, zweefden we naar Brabant om het 40-jarig huwelijksfeest van mijn ouders bij te wonen.

Het werd een beetje óns feest. Bij een uitvergroting van de voorstelfoto namen we in allerijl door familie aangeschafte babykleertjes en speelgoed maar vooral de allerhartelijkste felicitaties in ontvangst. Achteraf beschouw ik die dag, op deze plek, als één van de mooiste dagen van mijn leven.  Een dag vol belofte, nog niet besmet door de nieuwe rampspoed die een paar dagen later al over ons zou worden uitgestort.

Mijn gedachten springen van toen naar nu en weer terug. Ik trek een lijn in de tijd - van ons bij die grote foto in het zaaltje achter me, naar het tafereel op het luchtkussen voor me. Ik voel nog hoe ik meende de grote ommekeer te hebben afgedwongen. Ons levenslied zou vanaf dan in crescendo zijn. Hoe hoogmoedig, hoe naïef. Natuurlijk liep het – opnieuw – anders. Almaz bracht ons de hele wereld,  maar Jens’ ontwikkeling stagneerde. We hadden voor hem zoveel meer bedacht dan dit.

Een uur later. Na drie spuiten sondevoeding begint Jens, vanuit het niets, te braken. Er biggelt een eenzame traan over zijn wang. Hij ziet lijkbleek, zijn ogen draaien weg. Hij kreunt. Er komt een nieuwe golf braaksel, met een beetje bloed. Hij knijpt zijn ogen, nog met weggedraaide pupillen, tot spleetjes. Bij mijn vader op  schoot valt hij in slaap.

Ik probeer de lichte paniek die me bij iedere ziekte van Jens overvalt te onderdrukken. Kon ik maar met hem naar een willekeurige arts, die een voor de hand liggende diagnose zou stellen. Genas hij maar volgens een geruststellende prognose.  In plaats daarvan moet ik graven in mijn geheugen en putten uit de door onszelf gedichte medische handleiding.

Jens wordt wakker en braakt opnieuw. Hij lijkt opgelucht. Telefonisch overleg ik met Coen en besluit toch de terugreis te aanvaarden. Mijn vader rijdt mee – twee ogen gericht op Jens.

Almaz verhuist naar de passagiersstoel. Dolgelukkig met dit privilege werpt ze een spervuur van vragen over ieder te onderscheiden knopje op het dashboard op me af. Ik zie in mijn achteruitkijkspiegel hoe Jens verbaasd om zich heen kijkt: hij hoort zijn zusje wel maar hij ziet haar niet. Hij ontspant op de noten van Cowboy Billie Boem, zijn souvenir uit Villa Pardoes. Zijn gezicht krijgt weer mimiek en ik zie hoe het leven in hem terugkeert. Hij deint zachtjes mee op de maat. Geruststellend streelt mijn vader zijn hand.

Die lijn in de tijd - dat is de liefde.





3 Reacties

Hetzelfde

6/10/2014

1 Reactie

 
Foto
“Mama, als ik later groot ben, dan word ik wit. En toen jij een klein meisje was, was je bruin”. Ik glimlach en leg mijn dochter, voor de zoveelste keer, geduldig uit dat ze bruin is geboren, nu bruin is en ook als ze groot is bruin zal zijn. Mooi bruin, met jaloersmakende krullen. En dat ik wit geboren ben, een witte peuter, witte kleuter en groot wit kind was. Zoals ik nu ook wit ben en zoals ik wit blijf. Ze zucht diep en gaat verder met haar prinsessenpuzzel. Onderwerp gesloten. 
 
Almaz praat niet graag over haar achtergrond. Ze vindt het maar niets, dat moeilijke woord,‘adoptie’. ‘Ethiopië’ is een begrip, net als ‘injera’. Ze herkent de Ethiopische vlag van verre en telt inmiddels tot tien in het Amhaars. Maar in haar fotoboekje slaat ze de pagina’s over het tehuis en haar biologische familie steevast snel om, op zoek naar het hoogtepunt: het vliegtuig en de aankomst op Schiphol, met de mensen van wie ze houdt en veel ballonnen en een heus spandoek. 
 
In tegenstelling tot geadopteerde kinderen van vrienden stelt ze geen vragen. Nooit. Het moet dus van ons komen. We  blijven het proberen en reiken haar, voorzichtig, stukjes informatie aan. Met boekjes, over dieren die voor een andere soort gaan zorgen, over kinderen in alle kleuren van de regenboog en met echte adoptieverhalen. En met bijna achteloos geplaatste zinnetjes, aanhakend bij een onderwerp op tv of onderweg. Meestal komt ze er, dagen later, al even achteloos op terug: “Wu komt uit de buik van een China moeder, hè mama? En zijn zusje uit de buik van een Nederlandse moeder. En Noa komt ook uit de buik van een Ethiopië moeder, net als ik. Ik moet plassen, help je me met mijn knoop?” 

Zo afwerend als ze is ten aanzien van haar achtergrond én de verschillen tussen ons, zo op zoek is ze naar overeenkomsten. We hebben dezelfde kleur ogen. Onze tanden zijn wit, onze tongen zijn roze. Intens gelukkig is ze als ze op zondagochtend in bed constateert dat zowel zij als ik een geruite pyamabroek dragen. Als het aan haar lag gingen we geheel hetzelfde gekleed door het leven. Lyrisch wijst ze me op dezelfde kleur blauw van een spijkerbroek, op een bloemetje in mijn sjaal dat matcht met haar shirt of op het feit dat we die dag allebei laarzen aanhebben. Ik heb een grote voorsprong op de andere huisgenoten – “wij zijn meisjes, hè mama”, maar toch mogen ook Coen en Jens op een uitgelaten “wij hebben hetzelfde toetjesbakje” of  “jij hebt een prik gehad Jens, net als ik” rekenen. 

Ik vis een zoekgeraakt stukje van de prinsessenpuzzel onder de bank vandaan en reik het haar aan. “Helemaal af!”, zegt ze trots. “Deze prinses heeft óók krullen, net als ik”. Even schieten mijn gedachten naar die heel bewust gekozen, manipulerende woorden, breed uitgemeten in de media: “minder, minder”.  Ik bedenk dat Almaz in haar kinderlijke onschuld een universele behoefte duidelijk maakt: de wil om zich met een ander te identificeren. De wil om erbij te horen. Wij mensen zijn en blijven op zoek naar overeenkomsten – met de ander. 
 
Het zijn die overeenkomsten die ons verbinden, niet de verschillen. 



Deze blog verscheen in juni 2014 in Duet, het kwartaalblad van Stichting Afrika

1 Reactie

Een nieuwe bladzijde

3/17/2014

7 Reacties

 
Foto
Al maanden telt ons meisje af. Groter worden is een doel op zich, groot zijn een verdienste. Het magische cijfer vier lonkt – de basisschool nog meer. 

Na één laatste nachtje uitstel, vanwege onverwachtse afwezigheid van haar nieuwe juf, is de grote dag dan eindelijk daar. Almaz kruipt, geheel tegen haar gewoonte in, niet bij ons, maar nog even bij haar grote broer in bed. Ze verbergt haar gezicht in zijn volle haardos en een gesmoord “en de kleine school dan?” verraadt haar gespannenheid.  Maar de opwinding wint. De inhoud van de brood- en fruittrommel wordt goedgekeurd en samen met de onlangs nauwkeurig gekozen bekers in haar roze rugzakje gestopt. Ze kleedt zichzelf aan, al mompelend: “een rokje, yes!”. 
 
Eenmaal bij school wijst ze ons de weg. “Nee, híer moeten we naar binnen!” Er hangt al een naamplaatje bij de kapstok en de tassenbak en een krat vol met bekers en fruit vertellen ons wat de volgende stappen zijn. Almaz duikt weg achter mijn rug. Zoveel kinderen, zoveel drukte. De juf begroet haar en ze drukt zich nog steviger tegen me aan. Ik wijs haar op het ‘welkom’ op het whiteboard en op haar eigen stoeltje. Maar daarvoor is het nog te vroeg. Gelukkig arriveert haar vriendinnetje van de peuterspeelzaal. Samen nemen ze plaats in de kring. De juf neemt het woord, de kinderen wijzen Almaz op uitnodiging alle speelhoeken in de klas aan en vertellen over de dagen van de week en de klok.  

Na zoveel concentratie is het nodig even te bewegen. Almaz staat op en springt, draait en klapt met de groep mee alsof ze nooit anders heeft gedaan. Jens joelt afkeurend boven al het kleuterlawaai uit. Hij wil erbij zijn! Coen haalt hem uit zijn buggy en hij kruipt in de kring. Twee kindjes kijken ietwat bevreemd opzij. De rest gaat gewoon door met waar hij of zij mee bezig was. 

Een kus, een knuffel. “Ik kom je straks weer halen, samen met Jens. Ga maar lekker werken en spelen”. “Dat is goed hoor mama”, zegt onze dappere meid. Ze zwaait nog even en kijkt niet meer om. 

Pas nadat ik ook Jens heb weggebracht komen de tranen. Tranen om het beeld van mijn twee kinderen in de kring. De gehandicaptenparkeerplaats die speciaal voor ons is gecreëerd. Het bonte gezelschap dat we altijd en overal zullen zijn. Tranen om de enorme
mijlpaal: een kind op de basisschool. Ons kind, het kind waarop we zo lang hebben gewacht. Tranen om het nooit meer. En tranen om het loslaten.  Een vaardigheid die ik met Jens nooit heb kunnen oefenen. Het kan niet, het mag niet. Nooit. Een vaardigheid die ik überhaupt niet goed in de vingers heb. Ik houd liever vast. 
 
Ik rijd door lege straten naar een leeg huis. De stilte is oorverdovend. Geen vrolijke klanken, geen Growing Minds in de speelkamer, geen onophoudelijk peuter-gekwebbel. Na bijna tien jaar heb ik, even, het rijk voor me alleen. Ik verafschuw het. Ik omhels het. 

Een leeg scherm. Een nieuw blad. Het is vast zó weer gevuld.



7 Reacties

Lotje-uit-de-loterij

2/24/2014

3 Reacties

 
Picture
“Oh hallo, Brian!”  Enthousiast kijkt Almaz in de bedbox, niet gestoord door het eeuwige deuntje uit  het lego-baby apparaat. Dan draait ze zich om naar Tom, die ze een hartverzakking bezorgt met haar “boe”. Vrolijk huppelt ze verder naar de mat en schuift op haar knieën naast Rens. Nieuwsgierig bekijkt ze het speelgoed dat voor die dag is uitgestald. 

Almaz brengt haar broer graag mee naar zijn kleinschalig initiatief. Sterker nog, het kost me iedere keer weer de nodige overredingskracht om haar mee naar buiten te krijgen. Ze
voelt zich er volkomen op haar gemak – al het gegrom, gewieg en gekwijl ten spijt. Ze zou er zo kunnen wonen, of  werken.

 “Ik  heb werkelijk alleen maar positieve punten over Almaz te melden”, zo vertelde de peuterleidster ons tijdens ons allereerste tienminutengesprek. “Ze is altijd vrolijk en overal voor in. Doet goed mee. Is leergierig en wil graag laten zien wat ze weet en kan. Ze heeft zo haar voorkeuren maar speelt evenzogoed met andere kinderen als haar vriendinnetjes er niet zijn. Ze is zeer behulpzaam naar de kleintjes toe. Zorgzaam zelfs. Ze is erg zelfstandig en helpt degenen die het nog niet kunnen graag.”

Is het allemaal aangeboren, bij ons lotje-uit-de-loterij? Of is dit toch ook aangeleerd? Zo vanzelfsprekend opende Almaz deuren voor Jens zodra ze het kon en raapte op wat hij liet vallen. Zo graag ze papa en mama wil helpen met koken en de was, zo wil ze Jens helpen. Ze duwt een koekje tussen zijn kaak, veegt zijn mond af met zijn slab. Teder doch beslist.

Nog steeds vraag ik me af of we er goed aan hebben gedaan: Almaz bewust naar ons bijzondere gezin halen, terwijl er duizenden ouders in een ‘gewone positie’ voor haar in de rij stonden. Argwanend observeer ik haar, observeer ik ons leven, zoekend naar tekenen van tekortkomen, van tekortschieten. Maar ik kan niets vinden. Ze komt niets tekort, nog niet. Helemaal niets. 

Op het ‘brusjesblog’ lees ik verhalen die mijn vaste partner Schuld voorlopig het zwijgen kunnen opleggen. Kinderen van een jaar of 7, 8 wijzen er op de ‘voordeeltjes’ die ze ontlenen aan hun gehandicapte broer of zus. Vooraan in de rij bij een pretpark, bijzondere theatervoorstellingen of vakanties. Natuurlijk, op speciale fora halen ze in de puberleeftijd ook hun gram, want het is zeker niet altijd makkelijk. Leeftijdgenoten vinden van alles van hun gehandicapte broer of zus –  verweer je daar maar eens tegen. Als volwassene doen ze verslag van de extra levenservaring, het grotere incasserings-, relativerings- en  doorzettingsvermogen. Het gebrek aan vooroordelen, een bijzonder goed ontwikkeld inlevingsvermogen en het overweg kunnen met mensen van alle slag. 
 
Met voldoende aandacht, openheid en steun groeien ze uit tot bijzonder mooie mensen, die brusjes. Een mens zoals ik graag zou zijn geweest.


3 Reacties

Kikker is kikker

1/11/2014

5 Reacties

 
Picture
Het grootste deel van het ochtendritueel zit erop: Jens is beneden, gewassen en aangekleed, heeft zijn medicatie en sondevoeding gehad en staat in zijn statafel geïnstalleerd. Hij schommelt zachtjes heen en weer en kijkt tv samen met zijn zusje, haar staartjes buiten grijpbereik. Zijn vrolijke geluiden zuigen haar ogen even los en ze draait zich naar hem toe. “Jens, als ik later groot ben, mag jij bij mij op schoot. Dan kunnen we samen knuffelen. Ik vind jou zo lief!”. 

Verliefd kijk ik naar mijn duo. Werkelijk niets op deze wereld is me dierbaarder dan de innige band tussen mijn kinderen. Toch steekt de twijfel opnieuw de kop op.  Is dit écht? Is Almaz’ liefde voor haar grote broer oprecht, of is het slechts een zucht naar aandacht? Al snel na thuiskomst ontdekte ze dat ze via haar grote broer de belangstelling naar zichzelf kon leiden. Haar eerste woord was ‘Jens’, wat menigeen een traan deed wegpinken. Zodra ze kon lopen rende ze bij het weerklinken van de bel naar de voordeur, om meteen daarna naar Jens te rennen en te zeggen: “Kijk eens, hier is Jens”. Bij bezoek aan artsen, therapeuten en instanties geeft ze nog steeds maar wat graag een demonstratie van haar affiniteit door hem een aai over zijn bol te geven, wat haar op haar beurt altijd weer een aai over háár bol of mooie sticker oplevert. Lief zijn voor je broer loont – bij vreemden, maar al helemaal bij papa en mama, die opvoedkundig nog veel te leren hebben. 

Maar dit is anders. Een moment van interactie, tussen broer en zus, ver van het gehoor van welke volwassene dan ook. Ik sta immers voedingsspuiten schoon te maken in de keuken. Jens – heeft hij het gehoord? heeft hij het begrepen? - lacht zoals altijd idolaat naar zijn zusje. Haar aandacht verplaatst zich weer naar de tv.

Coen komt binnen en zachtjes doe ik hem verslag van Almaz’ uitspraken. “Almaz, maar Jens kan toch nú al bij jou op schoot!”, zo reageert hij. “Nee joh, gekkie, dat past niet!” proest ze het uit. Hoewel? “Papa, wil je dan helpen?” Coen zet Jens schuin op de bank, steunend tegen de armleuning en legt één been over Almaz’beentjes heen. Hij drapeert zijn arm om haar nek. Haar handje grijpt zijn hand. Ze legt haar hoofd op zijn schouder en hij dat van hem erbovenop. 
 
Contouren vervagen. Het hoekje van onze versleten bank – het middelpunt van de wereld. Van míjn wereld. Alles samengebald in dit punt in de ruimte. 
 
Intents tevreden kijkt ons tweetal naar Kikker.  Lieve, lieve Almaz. Ik zal nooit meer aan jou of je intenties twijfelen. Kikker is kikker. Jens is Jens. En Almaz is Almaz.


5 Reacties

Schoolplein

9/3/2013

0 Reacties

 
Picture
Zó neem je voor het eerst een fragiele baby op duizenden kilometers van huis in je armen, zó stap je voor het eerst met haar over de drempel van een basisschool. Almaz groeit iedere week een maand en sinds we niet meer wachten maar zijn, speelt de tijd een gemeen spel met ons.

We hebben ons even afgevraagd of we ons daadwerkelijk willen gaan verdiepen in schooltypes. Maar onze conclusie is en blijft dat we voor Almaz een zo ongecompliceerd en gewoon mogelijk leven willen. Bijna geruisloos de overstap maken naar de basisschool waar ze al een paar jaar de kinderen uit haar gastgezin mee naar toe brengt en ophaalt en sinds kort ook de peuterspeelzaal bezoekt, het vooruitzicht van vriendjes dichtbij huis – we willen nog niet eens verder kijken. Het wordt de school in de wijk, tenzij.
 
Bij de kennismakingsronde kijken we onze ogen uit. Wat is er veel veranderd sinds we zelf op school zaten. Is er eigenlijk nog wel iets hetzelfde? We zuigen de informatie over visie en werkmethoden op en voelen vooral: deze aanpak ligt heel dicht bij onze levensfilosofie. Op papier althans. Worden wie je bent, ieder talent mag er zijn en oog voor en waardering van de ander. Naar school gaan is tegenwoordig een feest. 
 
Almaz zelf kijkt verlegen de lokalen in en komt los als ze haar vriendjes ziet. Later, als ze groot is, gaat ze ook naar school en wil ze een broodtrommel met een prinses, zo vertelt ze. En een grote fiets en die mag dan ook in het fietsenrek. 

Vertederd hoor ik haar aan. Ik koester de weekdagen die ik het komende half jaar nog met haar mag doorbrengen. Tegelijkertijd verheug ik me op wat komen gaat. Al die nieuwe dingen: het leren, de verhalen die steeds uitgebreider worden, vriendinnetjes en speelafspraakjes. En voor mij: contacten op het schoolplein. Eindelijk.
 
‘Contacten komen via de kinderen’, zo hoor je zo vaak. Bijna niemand realiseert zich dat dat alleen voor zich normaal ontwikkelende kinderen geldt. Contacten via Jens beperken zich tot dokters, therapeuten, verzorgenden en  leveranciers – op hun werkvloer. Gehandicapte kinderen gaan over het algemeen met het busje naar een kinderdiensten-centrum op wat grotere afstand van huis. Er is helemaal geen schoolplein en ouders ontmoeten elkaar hooguit op de jaarlijkse ouderavond, waar ze vooral luisteren naar de verhalen van de groepsleiding. Samen spelen is niet voor onze kinderen weggelegd en het woord ‘speelafspraakjes’is ons vreemd, net zoals ‘kinderfeestjes’. Wij ouders ontmoeten elkaar vooral virtueel. Voor een daadwerkelijke kop koffie met een mede-zorgmoeder reis ik uren met de trein – zonder kinderen. 
 
Nog even en ik breng Almaz naar school en haal haar daar weer op. Met haar zal ook Jens voor het eerst een schoolplein gaan betreden. Wat zal hij genieten van de spelende  kinderen om hem heen. Zijn ogen zullen oplichten als hij zijn zusje in het vizier krijgt en hij zal lachen om haar onophoudelijke gekwebbel en enthousiaste sprongen. Almaz’ wereld wordt groter – Almaz maakt onze wereld groter. Ook dichtbij huis. 

0 Reacties

Excuses

7/25/2013

2 Reacties

 
Foto
Bij de adoptiescreening na thuiskomst blijkt dat Almaz  een klein gaatje en een ‘open ductus’ in haar hart heeft. Voor de korte termijn is dit niet zorgwekkend. Almaz blijft onder controle van de kindercardioloog in het AZM en we kunnen thuis van ons meisje gaan genieten.

Twee jaar later is het gaatje dichtgegroeid, maar het adertje zit er nog steeds. Omdat dit de kans op een hartontsteking aanzienlijk  vergroot, wordt een hartkatheterisatie met ingreep voorgesteld. Het AZM werkt hiervoor samen met het UZ Leuven en plaatst ons aldaar op de wachtlijst. 
  
Een krappe twee weken voor de driedaagse opname van half juli ontvangen we een opmerkelijke brief van de Ziektekostenverzekeraar: er wordt maximaal €1098 vergoed en extra kosten in geval van complicaties zijn uitgesloten. Tussen de regels door klinkt de boodschap: hoe halen jullie het in  je hoofd naar een niet-gecontracteerd ziekenhuis te gaan. Maar wij hebben ons  helemaal niets in ons hoofd gehaald. Almaz is patiënt bij het AZM en het AZM kan deze ingreep zelf niet uitvoeren en laat dat door het UZ Leuven doen. Interne dienstverlening heet zoiets, en aan de telefoon had diezelfde Ziektekosten-verzekeraar me eerder verzekerd dat dat geen enkel probleem was.
 
Ik laat het er niet bij zitten en heb de volgende dag contact met het AZM. Ze beloven e.e.a. binnen een week in orde te maken. Aan het  einde van die week is er echter niets gebeurd en wordt er een nieuwe deadline gesteld. Uiterlijk twee dagen voor de opname zal er duidelijkheid zijn. 
  
Maar helaas – er volgt miscommunicatie op miscommunicatie binnen het AZM en tussen AZM en Ziektekostenverzekeraar. De telefoon rinkelt die laatste spannende dag minstens zes keer met als uiteindelijke conclusie dat we zelf moeten beslissen of we dit financieel risico willen dragen. Een uur nadat de deadline verstreken is laat ik me doorverbinden met de vervangend cardioloog. Hij begint met uitgebreid zijn excuses aan te bieden, namens zijn hele team. Ik sta perplex. Dat is de eerste keer dat een arts dat doet. 
 
Daarmee prikt hij een gaatje in de zo zorgvuldig bewaakte sluisdeuren naar onverwerkt verdriet. Fouten – ontelbaar veel fouten. Van gynaecologen, kinderartsen, consultatiebureauartsen, specialisten. De barre zoektocht – het je wegwijs moeten maken in de totaal onbekende wereld van de zorg zonder dat ook maar één enkel iemand de helpende hand toesteekt. Al die energie die verspild is aan bureaucratie, onwillige instanties, onbeschaamde medewerkers, bruuskerende artsen. Niets mag ooit vanzelf gaan. Zelfs nu niet.

Ik baal van mijn tranen – ik weet dat ik overreageer. Dit gaat niet om deze ingreep of om Almaz – dit gaat om de strijd die we al 9 jaar  voeren. De eeuwige strijd die mijn incasseringsvermogen voorgoed heeft aangetast. Ik ben het zo moe, ik ben zo moe. Ik zou me zou graag kunnen richten op het gewone in het leven, maar dat is in het huidige zorgsysteem onmogelijk. 
  
Anderhalf uur later belt de cardioloog opnieuw. Het is geregeld. 

Tranen – hoe onbedoeld ook – openen kennelijk deuren. Maar in dit geval zelfs meer dan dat. De arts spreekt opnieuw zijn excuses uit,  voor alles wat niet mis had mogen gaan, ooit, en nog steeds. Voor een systeem dat ouders als lastig en bij voorbaat als verdacht beschouwt. Voor een wereld  waarin empathie meestal ver te zoeken is. Hij reikt me de hand - voor het verkeerde kind, in het verkeerde zorgtraject. Maar dat maakt niet uit. Ik aanvaard zijn excuses graag. Het kan dus tóch, medemenselijkheid in de zorg.

2 Reacties

Mijn mama

7/16/2013

4 Reacties

 
Picture
Aan het einde van alweer-een-werkweek loop ik de tuin van  de gastouder in. Almaz kijkt op en haar gezicht wordt één en al zonneschijn.  ‘Kijk eens allemaal, dat is MIJN MAMA!’ roept ze. Na een dikke knuffel gaat ze  voor nog een rondje trampoline. ‘Mijn mama, mijn mama, mijn mama’, zingt ze en  ik laat het geroerd resoneren in mijn hoofd en hart.

In de weken voorafgaand aan het voorstel ben ik  misselijk. Hét telefoontje brengt me in een euforie en manie die alleen maar te  vergelijken zijn met mijn gesteldheid na de geboorte van Jens. Van de  adoptieprocedure moet ik langer herstellen dan van een keizersnee. Ik herken  haar huiltjes al gauw uit vele. Ben verliefd op haar als op Jens en vind haar  met afstand het allermooiste, allerliefste, allergrappigste en allerleukste kind van de hele wereld. 
 
Almaz is zo ‘eigen’ als ‘eigen’ maar kan zijn. Eigenlijk is ze dat vanaf het allereerste begin geweest. Voor haar was het anders. Ze was  al door zoveel handen verzorgd en op zoveel schouders getroost, dat wij eerst maar eens moesten bewijzen dat we blijvers waren. Ze liet ons al gauw haar  genegenheid blijken en bloeide sneller op dan we voor mogelijk hadden gehouden.  Maar het echte overgeven, het volledig op ons vertrouwen, ook onbewust, dat  duurde langer. 
 
Hechting is een proces van jaren en je weet niet wanneer het is voltooid. Of het ooit voltooien zal. Dat maakt je als adoptie-ouder onzeker. Je zoekt naar herkenningspunten, kijkt terug en stelt tevreden vast wat voor enorme stappen je kind heeft gemaakt. Maar schrikt ook van een terugval, die je vaak pas achteraf kunt plaatsen.

 ‘Mijn mama!’ roept Almaz nog wel twintig keer. Ons meisje, dat al zo lang op haar eigen kamertje slaapt en zelfs durft te logeren, dat verlegen achter me wegkruipt als iets nieuw en onbekend is, dat nu volkomen  op ons en meer en meer op zichzelf vertrouwt – vindt ons net zo‘eigen’ als  ‘eigen’ maar kan zijn. Ik luister nog even naar de muziek van haar prachtige woorden en til haar dan van de trampoline af. We gaan naar  huis.

4 Reacties
Voorwaarts>>
    E-mail nieuwsbrief:
    Geen blog meer missen? Meld je dan nu aan!

    Archief

    Februari 2019
    Oktober 2018
    September 2018
    Juni 2018
    December 2017
    November 2017
    Oktober 2017
    September 2017
    Juli 2017
    Juni 2017
    Mei 2017
    Februari 2017
    Januari 2017
    November 2016
    Oktober 2016
    September 2016
    Augustus 2016
    Juli 2016
    Juni 2016
    Mei 2016
    April 2016
    Maart 2016
    Februari 2016
    Januari 2016
    December 2015
    November 2015
    Oktober 2015
    September 2015
    Augustus 2015
    Juli 2015
    Juni 2015
    Mei 2015
    April 2015
    Maart 2015
    Februari 2015
    Januari 2015
    December 2014
    November 2014
    Oktober 2014
    September 2014
    Juli 2014
    Juni 2014
    Mei 2014
    April 2014
    Maart 2014
    Februari 2014
    Januari 2014
    December 2013
    November 2013
    Oktober 2013
    September 2013
    Augustus 2013
    Juli 2013
    Juni 2013

    RSS-feed

    Enter your email address:

    Delivered by FeedBurner

    Zoek op trefwoord:

    Alles
    Adoptie
    Balans
    Begrip
    Bezuinigingen
    Bloggen
    Brusje
    Communicatie
    Eigenregie
    Eigen Regie
    'feel Good'
    In De Media
    Instanties
    Medisch
    Meerv Gehandicapt
    Ontwikkeling
    #oudersvoorgoedezorg
    Politiek
    Verwerking
    Zorgouders

Powered by Create your own unique website with customizable templates.